In een tijdspanne van 60 jaar
Van ouwe tijd naar moderniteit
Eggewaartskapelle, 5 mei 2016.
Om vijf uur op de vijfde van de vijfde maand van zesenvijftig kwam ik ter wereld te Veurne, in een aftands moederhuis op de wijk Petit Paris. Igor Stravinsky en Dmitri Sjostakovitsj leefden nog, net als Charlie Chaplin, Billie Holiday, Willem Elsschot, Stijn Streuvels, Walt Disney, Churchill, Louis Armstrong en Che Guevara. Nonkel Bob was zijn tv-carrière pas begonnen.
Het is amper zestig jaar geleden, maar het was een andere wereld. België had nog een reusachtige kolonie in Afrika en maakte zich op voor de wereldtentoonstelling van ’58. Veel auto’s waren er nog niet en er was nog maar één autoweg; die naar de kust, met twee rijstroken. Op zondag droeg iedereen schone kleren en stroomden de kerken vol. In Rome had oorlogspaus Pius XII nog een enorme tiara op zijn hoofd; zijn troon was een zware draagstoel en dienaren wuifden hem koelte toe met grote waaiers van witte struisvogelveren.
In the States was er rassensegregatie en John F. Kennedy kwam nog aan de kost als senator, terwijl Nikita Chroetsjov de plak zwaaide in de Sovjet-Unie. Cuba was een kapitalistisch belastingparadijs en Castro een nobele onbekende. Koning Boudewijn had nog geen lief en Will Tura geen platencontract. Drugs waren totaal onbekend en de Noord-Afrikaanse gastarbeiders arriveerden pas jaren later. In die tijd deden pastoors nog huisbezoeken en Zoutenaaie bleef nog vijftien jaar een autonome gemeente, net als Booitshoeke en Eggewaartskapelle.
Ruimtevaart, satellieten en internet waren science fiction en het ziekenhuis van Veurne moest nog worden gebouwd. Thuis hadden we geen koelkast, diepvriezer, wasmachine, televisie, telefoon, auto of badkamer... maar we waren de koning te rijk. We hadden stadswater, elektrische verlichting, een gasfornuis en een kolenkachel. Moeder zong terwijl ze naaide, met de hand of met een trapnaaimachine. De koffiebonen maalden we met een mechanische koffiemolen met zwengel, het maalsel belandde in een klein, houten bakje.
Daarna begon de vooruitgang: een zwart-wit tv, transistorradio, platenspeler, diepvriezer, auto, koelkast, elektrische keukentoestellen, scheerapparaat, audiocassettes, kleurentelevisie, telefoon, compact disc, videobanden, fax, elektronisch betalen, bankautomaten, dvd, personal computer, internet, gsm en gps, flatscreen, digitale foto- en videocamera’s, smartphone, robotica, domotica... De technologische revolutie begint nog maar pas en als proefkonijn uit de vijftiger jaren kan ik nu al niet meer volgen. Dan kun je hooguit proberen om nog wat mee te drijven op de onstuimige zee van vernieuwingen en veranderingen.
Mijn generatie zal de laatste zijn – bij leven en welzijn – die over pakweg dertig jaar nog kan getuigen over de naoorlogse periode; hoe simpel we vroeger leefden, voor we struikelend en strompelend het hypertechnologische tijdperk intuimelden.
(Luc Dewaele)
Eventuele reacties kunt u mailen naar [email protected]